maandag 6 augustus 2012

Man is zoon van de droom


na wat onverwachte, onverwerkbare, onoverzichtelijke
onzingedachten (koetsen schommelend door een al te zachte
veenbodem, overgooiers van lang geleden, weggegooid allang

en slechts in droom hervonden), precies op het moment dat
ik met groot geweld gewekt werd door die weemakende,
welbekende val vooruit het onbekende in, en trillend rechtop

in mijn vreemde bed zat, met bonkend hart en droge bek,
wist ik wel zeker dat de rest van deze dag gevuld zou zijn
met vage vrees, gespeend van hoop op troost of leven.