Omdat de
schilderkunst van de moderne tijd (1650-heden) mij maar heel matig kan boeien,
heb ik mijn belangstelling voor de beeldende kunst langzamerhand verplaatst
naar de fotografie. Op heden durf ik te beweren dat de fotografie de enig
overgebleven serieus te nemen beeldende kunst is die we hebben.
Op het moment ben
ik bezig met een soort micro-projectje: ik plaats nu en dan één van mijn favoriete
foto’s op mijn Facebook-muur. Tot nu toe waren dat Lunchtime on a Skyscraper (1932) van Charles C. Ebbet en Dresie & Casie, twins, Western Transvaal (1993) van Roger
Ballen. Dit zijn twee foto’s die me, om totaal verschillende redenen, altijd
vreselijk verontrusten, iedere keer weer. De volgende foto die ik gepland had,
zou er één hebben moeten worden waar ik juist altijd heel zacht melancholiek
blij van word, Picnic (1937) van de
Amerikaanse fotografe Lee Miller.
Niks aan de hand,
totdat ik op internet iets ontdekte dat me ertoe bracht om over deze foto een stukje te schrijven op dit blog.
Laten we eerst
maar eens naar de foto kijken. Het is 1937, we zijn in Cannes.
Het gaat in deze
foto wat mij betreft om de details die tezamen een geheel vormen, en aldus een
allesoverheersend gevoel overbrengen.
De kleine, wellustige satyr-oogjes van Man Ray, die het schaamteloze liefdesspel
van Paul en Nusch Éluard met welgevallen begluurt, staan in scherp contrast
met de haast engelachtig naar de hemel gerichte ogen van de ontstegen Roland
Penrose (surrealistisch schilder, oom van de befaamde geleerde sir Roger
Penrose en de voormalige topschaker Jonathan Penrose). We laten ons volledig inpalmen
door de warme, gezichtsbrede lach van Ady Fidelin met haar vrolijke
tropentietjes. Deze danseres uit Guadeloupe was een tijd lang de muze van Man
Ray.
Hier is een
moment in de tijd gevangen, het is een geïdealiseerde herinnering geworden. Een
luwte van bedrieglijke vrede in het jaar dat heel Europa langzaam zal beginnen
te ontbranden. Allengs is deze idylle voor mij tot een soort ersatz-herinnering
geworden. Alsof ik hier eigenlijk bij geweest ben. Nu en dan haal ik het plaatje weer eens tevoorschijn en telkens zie
ik nieuwe details. De harde, zonder twijfel ongemakkelijk zittende pumps van
Ady, die verder zo losjes en ontspannen topless zit te wezen. De enorme muilen
naast Nusch (veel te groot voor haar, waren die van Paul?) De betreurde afwezigheid
op de afbeelding van Lee Miller zelf. Die zou natuurlijk oorspronkelijk links
van Paul hebben gezeten, tegenover Roland, met wie ze later zou trouwen.
Overigens, niet dan nadat ze allebei een hele sliert aan affaires achter de rug
hadden, Roland onder andere ook met Ady. Vanzelfsprekend zou Lee ook topless
geweest zijn, daar wilde ik wel wat geld op inzetten.
De foto is een
vreemd, geraffineerd mengsel van onschuld en verrukkelijke, dubbelzinnige
erotiek geworden en daardoor wat mij betreft een hoogstaand en volwaardig kunstwerk.
Maar hoeveel
schijn zit er niet in het plaatje, als je je realiseert dat iedereen die hier
afgebeeld is, zijn of haar partner met grote regelmaat ontrouw was en van
affaire naar affaire dartelde, aan de vooravond van de grote oorlog?
Toen ik op
Internet voor mijn Facebook-muur de beste versie van deze foto zocht, had ik een
kleine schok. Nooit had ik geweten dat er een tweede versie van dezelfde scène
bestond, maar nu genomen door Roland en met Lee in zijn plaats. En wat een rare
foto is dit!
Want wat zie ik een
boel verschillen, kleine en grote! Ady heeft haar knellende schoenen
uitgeschopt. Nusch heeft, na de gepassioneerde omhelzing, een heel moderne pose
aangenomen: haast alsof ze haar inbox checkt. De argwanende loeroogjes van Man
Ray kijken een beetje verstoord naar de lens. En daar heb je Lee Miller, ja
hoor, inderdaad ook topless, zie je wel.
Je ziet nagenoeg
dezelfde mensen, dezelfde (ont)kleding, dezelfde hoek en toch, en toch… Wat
ontbreekt er veel op deze foto vergeleken bij die andere, die beroemde van Lee. Weg is
de anekdote, weg is het Moment. Er is niets over. Het is alsof de complete mise-en-scène
opgeruimd en afgeschminkt is.
Waar Picnic 1 een fotografisch kunstwerk is,
blijft Picnic 2 slechts een haastig
en ondoordacht geschoten kiekje. Waarmee voor mij zonneklaar wordt bewezen dat
ten eerste fotografie een grote kunst is, en ten tweede dat Lee Miller een veel grotere fotokunstenaar was dan Roland Penrose.
PS 26 mei 2014: Nog weer later ontdekte ik een tweede foto van Roland Penrose. Zie hier.
PS2 20 september 2015. Tweede aanvulling.
PS 26 mei 2014: Nog weer later ontdekte ik een tweede foto van Roland Penrose. Zie hier.
PS2 20 september 2015. Tweede aanvulling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten