De nu komende episode in dit relaas is wat gefragmenteerd geworden. De eerstvolgende afspraak is een radiologisch onderzoek. Dat is een makkie. Een soepele Mokummer nodigt me uit om op een witte helse machine te gaan liggen en mijn hele bovenlijf wordt minutieus gescand. Na een kwartier mag ik mijn kleren aantrekken en ik fiets de regen weer in. Onderweg naar huis scoor ik voortreffelijke inktvisringen bij een joviale Marokkaanse visboer die in drie talen converseert met zijn klandizie. Zijn Frans zit vol double entendres.
De volgende week heb ik een longfunctieonderzoek. Geen onbekend gebied: tijdens de corona in 2020 heb ik een keer zo’n test gedaan. Naar mijn gevoel ging het toen veel slechter met me, maar dat blijkt mee te vallen: mijn scores zijn slechts marginaal beter dan toen.
De longarts is een lange, magere nonchalante en ietwat rommelige vrouw met wie je het liefst meteen een kroeg in duikt. Ze bespreekt de vorige twee onderzoeken en vertelt dat ik voor een stevige ex-roker behoorlijk goede longen heb - een zweem van emfyseem, het is het vermelden nauwelijks waard. We bespreken de mogelijkheid van een slaapapneu-traject, waar ik op dit moment geen zin in heb. Ze is het eigenlijk wel met me eens.
‘Dat is je goed recht. Als je zelf het gevoel hebt dat je er echt last van hebt (vermoeidheid, slaperigheid in de middag), zouden we ernaar kunnen kijken.’
‘Laat maar even zitten. Het kan ten slotte ook de leeftijd zijn. Bovendien doe ik niet anders dan de Mediterrane volkeren: een middagdutje inlassen op het heetst van de dag.’
‘Wat je wilt. Laten we het er over drie maanden nog eens over hebben.’
Prima. Uitstel bevalt me nog steeds het meest.
Ik terug op de fiets, het wispelturige herfstweer in. In heel Haarlem Noord heb ik de boekenkastjes in kaart gebracht en ik bezoek ze op de terugweg allemaal, zonder enig resultaat. Wat is het leven toch een aaneenschakeling van zinloze dwanghandelingen.
De volgende dagen ben ik weer terug in Noord, nu bij Bart, mijn tandarts. Hij legt me aan de hand van geanonimiseerde foto’s van andere klanten van hem allerlei dingen uit die ik niet begrijp. Het komt erop neer dat deze kies, wijst hij op de nieuw gemaakte röntgenfoto van mijn gebit, en die daar eigenlijk te goed zijn om op te offeren. Hij zal de foto opsturen naar de kaakchirurg. Als we de kiezen behouden, vertelt hij, zal er wel een wortelkanaalbehandeling moeten volgen. Ik ben ondertussen alweer helemaal murw en fiets schouderophalend en hoofdschuddend de Rijksstraatweg weer af.
Dan volgt er een hartkatheterisatie. Dat betekent een dagopname in het ziekenhuis. De verzekeraar begint langzamerhand pijn te voelen. Ik kan me voorstellen dat menigeen hier ook weer heel zenuwachtig van wordt, maar niet ik! Ik heb dit een paar jaar geleden al eens meegemaakt, toen ik met een heftige hartritmestoornis naar het ziekenhuis gebracht was. Dat was toen een eitje, ik maak me er dan ook niet druk om. Dat blijkt een vergissing te zijn. Een doffe rokerspijn maakt zich meester van mijn rechter bovenarm. Achteraf legt de katheterisator uit dat ze deze keer, gezien mijn toestand, geen aderverruimende middelen hebben durven gebruiken, dus mijn lichaam heeft zich hevig liggen verzetten tegen een ongewenste penetratie.
Na afloop van de ingreep wordt de slagader hard afgeknepen met een luchtdrukapparaatje, dat in fasen zijn greep op mijn pols laat afnemen. Zo volgt een vier uur durende periode van verveling. Met de rechterarm in een knullige mitella, veel water drinkend, om het half uur plassend (er is me vast een vocht afdrijvend middel toegediend, zonder dat me dat verteld was) staar ik naar de horizon voorbij Schalkwijk, waar de enige beweging komt van Schiphol, met haar vele landende en opstijgende vliegtuigen.
Bijna twee weken later - kennelijk is er nogal een strijd geweest tussen Bart en de kaakchirurg - ontvang ik van de tandartspraktijk een email:
Een wortelkanaalbehandeling is niet nodig. Verder is de kaakchirurg het eens met hetgeen wat we voorgesteld hebben; behoud van de eerste grote kies rechts boven en eerste grote kies rechts onder.
Dan is het eindelijk zover: het slotconsult bij de cardioloog. Alle onderzoeksgegevens zijn binnen, het verzoek tot opereren zal naar het OLVG gestuurd worden. In mijn patiëntendossier kan ik alles nog eens nalezen.
Daar zie ik dat gevraagd wordt om een “minimaal invasieve aortaklepvervanging en MAZE”
MAZE? Ik dacht dat de cardioloog had gezegd dat de operatie niet gecombineerd kon worden met deze ingreep tegen hartritmestoornissen. Wat nu weer?
Och was het maar vast mei!
Illustratie: Vadim Voitekhovitch - De ingang van de doolhof (1999)