Vivian Stanshall |
Het is bijna drie jaar
geleden dat Madge en Bobby Rawlinson hun biezen pakten en gearresteerd werden
door de plantsoenendienst. (De alruinen schreeuwden!)
Jeremias Sluitspier is
na de pluimvee-paniek naar Australië gegaan. (HIJ zal hier verder ongenoemd
blijven.)
De oude heer Trilonious
blijft achter op de boerderij, een gebroken man nu, en een ongeneeslijke
alcoholicus. Behalve zijn geregelde bezoekjes aan de dorpswinkel voor een paar
flessen "oude klare", komt hij nauwelijks de deur nog uit. Hij
besteedt zijn resterende jaren aan het kweken van die prachtige guppies waar hij
volkomen terecht zo beroemd om is.
Sandra… riekt.
Randy heeft zich in
zichzelf teruggetrokken. Geen geringe prestatie voor een man van 250 kilo! (En
bovendien, hij is nog steeds getrouwd met Sharon, en is slechts ternauwernood
de vader van Paulette!)
Arme Rosemarie heeft
haar handen vol aan Rawlinson End, waar ze Timothy en Laetitia groot moet
brengen, die nu in de moeilijke leeftijd zijn, waarin ze vragen gaan stellen…
en… gaan masturberen…
Ondertussen…
Zijn Aubrey &
Maureen Rawlinson naar het oude huis gegaan, ervan overtuigd dat ze daar iets
zullen vinden om Rogers geboorterecht te kunnen bewijzen. (Maar zich er niet
bewust van dat Paul Maynard zich verborgen houdt in de alkoof.)
Lees nu verder…
"Ergens, binnen in
mijn hoofd, klonk een bel".
Na het geklingel sprongen de secondes op, de minuten kwamen uit hun hoeken tevoorschijn. Vanaf de oprijlaan schreeuwde iemand: "In godsnaam! Gooi de gootsteen naar binnen!" Er klonk een enorme plons.
Na het geklingel sprongen de secondes op, de minuten kwamen uit hun hoeken tevoorschijn. Vanaf de oprijlaan schreeuwde iemand: "In godsnaam! Gooi de gootsteen naar binnen!" Er klonk een enorme plons.
En de gootsteen lag op
de grond, ondersteboven, happend naar lucht als een vis op het droge. Direct
knielde Aubrey ernaast en nam de verdoofde kraan in zijn hand, hij draaide hem
langzaam.
Een asgrauwe klimop van
gebarsten adertjes strekte zich voor altijd uit over zijn wangen en het vuil
van de stad vond gemakkelijk toegang tot zijn geopende poriën.
Zonder zijn ogen af te
wenden, keek hij op naar Maureen.
"O schat..", zei hij bedachtzaam, "herinner jij je nog dat f-f-feestje? Je w-weet w-wel? De B-bernard Buffet tafel was daarginds, nietwaar? Ha-haa! We dronken sloten champagne! En ja, ik deed allerlei idiote dingen… en die konijnenkostuums, uche uche, leken wel… Ik sprong b-b-boven op je, nou, iedereen lachte toen, maar ze hebben ons nooit meer teruggevraagd. T-t-toch?"
"O schat..", zei hij bedachtzaam, "herinner jij je nog dat f-f-feestje? Je w-weet w-wel? De B-bernard Buffet tafel was daarginds, nietwaar? Ha-haa! We dronken sloten champagne! En ja, ik deed allerlei idiote dingen… en die konijnenkostuums, uche uche, leken wel… Ik sprong b-b-boven op je, nou, iedereen lachte toen, maar ze hebben ons nooit meer teruggevraagd. T-t-toch?"
Ik denk dat dat de
eerste keer was dat hij haar ooit kuste. Ze draaide zich weg van het raam om
hem aan te kijken.
"Hij zag er zo
sinister uit in dat korset. En toch kan hij zo lief zijn."
Ze zag de wallen en
dunne etsstrepen rond zijn ogen en de manier waarop zijn onderkinnen over zijn
gekreukelde boord hingen. Hij was buiten adem van het opstaan en stond daar,
terwijl hij zijn buik terugwurmde onder zijn riem. Het was nauwelijks te
geloven dat hij nog maar zesentwintig was.
Ik kon de spanning in haar lichaam voelen.
En die oude kluis… de lucht knetterde ervan… in die oude kamer, deels gelambriseerd, deels behangen met een eigenaardig, vooroorlogs patroon van gezichten en als je je ogen half sloot leken ze rozen te vormen van ongekende vulgariteit. Die oude kamer, die zoveel vreugde gekend had: het gelach van kinderen, en zoveel tragedies gezien had, en generaties van Rawlinsons en Maynards had zien sterven.
Ik kon de spanning in haar lichaam voelen.
En die oude kluis… de lucht knetterde ervan… in die oude kamer, deels gelambriseerd, deels behangen met een eigenaardig, vooroorlogs patroon van gezichten en als je je ogen half sloot leken ze rozen te vormen van ongekende vulgariteit. Die oude kamer, die zoveel vreugde gekend had: het gelach van kinderen, en zoveel tragedies gezien had, en generaties van Rawlinsons en Maynards had zien sterven.
De sputterende kaars
tekende loerende geesten op de muren. Het was haast alsof de oude Sir Henry en
dat verschrikkelijke Amerikaanse mens er nog waren.
Ze kon hen nu zien: de
tafel op stelten van Mrs. Radcliffe, met rechte rug, cadavereus, boven haar
sherry zwevend als een bidsprinkhaan, en de boerse, vrolijke Sir Henry, die met
zijn brandy speelde. Met zijn benen wijd uit elkaar, zijn jaspanden omhoog voor
het haardvuur, zette hij zijn eindeloze heldendaden uiteen voor de gloed:
<kuch kuch kuch>
"Weet je, de inboorlingen hadden het in hun knar gehaald, dat als je ziel
maar puur is, de slangenbeet je niet zou schaden. HAHAHA! Arme ouwe Hargreaves
was bijna op slag dood! Vreselijk geleden. Laat me nou iets vertellen over die
grote jongen, weet je, Kleintje en ik gingen de bush in, achter hem aan en
hebben we hem gevonden? Bij god ja, we hebben hem gevonden! Ik kon de ogen van
die schurk zien gloeien als kolen. Toen kwam hij op me af door het kreupelhout,
zo groot als een tank en met een paar slagtanden zo scherp als sikkels. Je
hebt ze waarschijnlijk wel zien liggen in de studeerkamer, ik gebruik ze
tegenwoordig om de Reader’s Digest aan stukken te snijden. Nou, geweer
geblokkeerd, totaal nutteloos, Kleintje in paniek, rende weg als een vos,
kleine idioot, dragers alle kanten uit, niet dat ik ze iets verwijt, wat we
daar terug op de open plek gezien hadden was genoeg om ieders lever om te doen
draaien. Toen was hij boven op me, happend en stekend naar me benen. Ik stapte
opzij, sierlijk als een verdomde homo en met mijn ogen dicht ging ik met mijn
vuisten tekeer tegen de klootzak: Bam! Kaboem!" <hijg> "Oeps!
Oh oh, spijt me verschrikkelijk, lieverds, ik heb over me hele broek
gespetterd." <hoest, hijg> "Ik denk dat ik er maar eens vandoor
ga."
Ze liepen naar een deel
van de hal waarvan ik wist dat die onveilig was. Koste wat het kost, ik moest
ze waarschuwen.
"Kijk uit voor die
losse vloerplaat," riep ik (God, had ik dat maar niet gedaan).
Allebei draaiden ze zich
om en staarden naar me. Toen begaf het verrotte hout het en stijf van schrik
verdwenen ze in de kelder.
Met een lenigheid die me
verbaasde, sprong ik uit mijn schuilplaats tevoorschijn en loerde in het
gat. Maureen was met haar hoofd naar voren in een vat met augurken met
dille terechtgekomen, en worstelde furieus.
Ik wist dat ze een snorkel in haar handtas meedroeg, maar zou ze die gebruiken?
Aubrey was bewusteloos, verankerd tussen de versplinterde vloerplaten zag hij er meelijwekkend uit en belachelijk. Hij was zijn kilt kwijtgeraakt tijdens de val.
Met zijn ogen dicht zag hij eruit als in Monte Rey del Mar, die zomer. Ouder, misschien, maar die trotse Rawlinson kin was onmiskenbaar. En de jukbeenderen, iets hoger dan die van zijn moeder, staken uit als twee bulten boven op zijn hoofd.
Ik wist dat ze een snorkel in haar handtas meedroeg, maar zou ze die gebruiken?
Aubrey was bewusteloos, verankerd tussen de versplinterde vloerplaten zag hij er meelijwekkend uit en belachelijk. Hij was zijn kilt kwijtgeraakt tijdens de val.
Met zijn ogen dicht zag hij eruit als in Monte Rey del Mar, die zomer. Ouder, misschien, maar die trotse Rawlinson kin was onmiskenbaar. En de jukbeenderen, iets hoger dan die van zijn moeder, staken uit als twee bulten boven op zijn hoofd.
De kalenderbladen
scheurden af en waaiden weg, de vreselijke herinneringen begonnen terug te
vloeien: de oude Mrs.Macavore die die afschuwelijke kip at en het doodsbange
kind dat wegrende van de brandende fabriek.
Hij begon wakker te
worden.
Ik heb vier jaar
gewacht, heb drieduizend mijl gevlogen en heb een zeehond met een Shetland
pony gekruist alleen maar om deze man te ontlopen en nu…
Ik herinnerde me…
Ik herinnerde me een tip
van mijn vader:
de ouwe heer had iets met wespen en droeg altijd fietsklemmen als hij het gazon maaide. Hij leek er een heleboel te hebben, maar zou het nu nuttig zijn?
de ouwe heer had iets met wespen en droeg altijd fietsklemmen als hij het gazon maaide. Hij leek er een heleboel te hebben, maar zou het nu nuttig zijn?
En nu eindelijk een paar
antwoorden.
Ik had het niet zo
gepland, maar…
<tok tok tok tok> knipperden zijn oogleden.
Een luik rimpelde zijn gezicht en verdween in de hoeken van zijn mond, met de lippen omhoog krullend en wachtte geduldig in de dieper wordende schaduw onder zijn neus.
<tok tok tok tok> knipperden zijn oogleden.
Een luik rimpelde zijn gezicht en verdween in de hoeken van zijn mond, met de lippen omhoog krullend en wachtte geduldig in de dieper wordende schaduw onder zijn neus.
Nu was het tijd om met
de billen bloot te gaan…
<POEF>
(Vivian Stanshall)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten