vrijdag 7 februari 2025

De Assen experience

Voor het eerste uitstapje na de rampzalig verlopen trip door de Ardennen en de Eifel die in het ziekenhuis geëindigd was, togen we naar het rustige en weinig ambitieuze Assen. We hadden kaartjes besteld voor een midweeks bezoek aan het Drents Museum en verder zouden we wel zien. Daar staken een paar boefjes een stokje voor. Museum dicht! Anderhalf uur voor de terugreis kwam het er alsnog van.

Een politieauto stond geparkeerd naast de ingang. Een complete, zeer vriendelijke Roemeense cameraploeg liep onderzoekend rond. Journalisten van RTV Drenthe en de NRC, een cameraploeg van het journaal, iedereen was er, die vrijdagmorgen. Om tien uur ging het Drents Museum weer open na de spectaculaire maar nogal plebejische kunstroof van een paar dagen ervoor. Een grote klas voornamelijk in het zwart geklede kinderen baande zich een weg door het ingenieuze gebouw als een horde gazellen op de vlucht, uiteindelijk met straffe hand bijeen gedreven door een strenge en ervaren leidsvrouw. Wij besloten meteen onze eigen weg te zoeken en de consternatie zoveel mogelijk te vermijden. Dat lukte maar zeer ten dele. Halverwege, op de vlucht voor de kinderen, werden we ontdekt door een dame van NRC op zoek naar human interest. Jenet zag haar gevoelens in de zaterdageditie verwoord. Ikzelf had me schielijk teruggetrokken.
Het Drents Museum, regionaal museum voor kunst, cultuur en geschiedenis, heeft besloten zijn collectie aan te bieden via een interactief circuit, waar animaties en geluidsbandjes de bezoeker bijstaan in hun speurtocht naar het wezen van Drenthe. Dit is hoe het museum deze experience getiteld Labyrinthia zelf aankondigt: “Dwaal door ons historische gebouwencomplex en beleef de museumcollectie op spectaculaire wijze. Hier komen de iconische verhalen van Drenthe tot leven op een unieke manier. In de vijftien zalen valt van alles te beleven voor alle leeftijden. In Labyrinthia mag je kijken met je handen, ruik je de verf van de Noordelijke Figuratieven en voel je aan scherven uit de tijd van de hunebedbouwers. Leer de technieken van de mammoetjagers, poseer met de sieraden van de Prinses van Zweeloo of dans op een boerenbruiloft in de 19de eeuw. In elke zaal stap je een totaal andere wereld binnen en sta je midden in het verhaal.” 

De lezer begrijpt, zoiets lieten we ons geen twee keer vertellen en terwijl ik gekleed in een kapokken boerenkiel als een razende de horlepiep aan het dansen was voelde ik mijn waardigheid wegvloeien als een ondiepe plas van tranen. Wanneer men in het museumwezen iets “voor alle leeftijden” noemt, bedoelt men “voor kinderen”. Nee, deze benadering werkte niet voor ons, waarna we ons nog nadrukkelijker buiten het verhaal plaatsten.

Foto: Siese Veenstra
Op zich is de titel Labyrithia goed gekozen want het complex van gebouwen waar alles tentoongesteld wordt is inderdaad een waar doolhof. Diverse voormalige ambts- en kloostergebouwen uit zes eeuwen, hier doorgebroken en elders juist dichtgemetseld, gemoderniseerd en van een serieuze nieuwbouw voorzien die zich grotendeels onder de grond bevond, zorgden ervoor dat ik op zeker moment niet honderd procent zeker was waar ik me bevond ten opzichte van de uitgang. In elke gang trof men kamertjes aan met een thema. We zagen in de zelfportrettenzaal een schilderij van Henk Helmantel dat niet zo mooi was als zijn befaamde stillevens. Verderop vonden we een zaal met twee prulletjes van Vincent van Gogh in een zee van lichtgevende korenaren. Eén zaal was gevuld met veenlijken en -offers. Ook konden we met een speer een mammoet doden en in een scheepje door de afgegraven turfgebieden dobberen.

De nadruk leek voor een aanzienlijk deel te liggen op de negentiende eeuw en als zodanig ervoer ik het museum bijna als een voortzetting van het gevangenismuseum te Veenhuizen dat we de dag tevoren hadden bezocht. Ook hier moesten we weer een soort experience ondergaan, in plaats van een tentoonstelling, en ook hier heerste weer de educatief bedoelde anekdotiek die de collectie begrijpelijk moest maken voor Generatie Z. Bekende Nederlanders vertelden over hun ongelukkige voorouders die ooit gast waren in deze Kolonie van Weldadigheid. We volgden vier hedendaagse veroordeelden van hun arrestatie tot hun reclassering (of in één geval hun zelfmoord), we mochten ervaren hoe zwaar een blok aan het been of de boeien om de polsen waren en passeerden slapende gevangenen van paspopmateriaal in hun ongemakkelijk ogende slaapzakken. Het was uitermate rustig in het gebouw.

Het complex is gevestigd in wat ooit, in tijden voor klimaatverwarming Drents Siberië genoemd werd en de omgeving deed bepaald koud en eenzaam aan. Het leek het eind van de wereld. Als we iets verder waren doorgereden waren we gegarandeerd van de Aarde afgerold, met auto en al. Om een beetje warmte terug te vinden, nuttigden we de avondmaaltijd in een Portugees restaurant, waar aan een tafeltje naast me een evenbeeld zat van Ger, een veel te vroeg overleden vriend.

1 opmerking:

  1. Assen ken ik niet; ik kan me niet herinneren dat ik er ooit geweest ben. Maar Veenhuizen, hebben we, een aantal jaren geleden wel bezocht. Zo te horen nèt voor het moment dat het 'ínteractief' werd.
    Er staat, los van het heropvoedingsgesticht, nog een gevangenis, die op dat moment nog maar een paar jaar buiten gebruik was en nog helemaal 'gevangenis, jaren vijftig' ademde. Het bekijken ervan (onder begeleiding) vond ik het meest indrukwekkende deel van het bezoek.
    Het landschap om Veenhuizen heeft inderdaad een bijzondere kwaliteit. Mooi in z'n hardheid.

    BeantwoordenVerwijderen